Hoe bak je de perfecte entrecote?

Een entrecote bakken klinkt misschien spannend, maar met een beetje aandacht zet je zó een steak op tafel die smaakt alsof je bij een goed restaurant zit. Alles begint bij de keuze van het vlees. Er zijn talloze rassen en herkomsten: van runderen met een subtiele smaak tot varianten met een uitgesproken karakter. Zie je door de bomen het bos niet meer? Juist fijn! Valt de ene entrecote wat te mild, dan probeer je gewoon een andere. Zo ontdek je vanzelf welk type jouw favoriet is. Let vooral op de marmering en de rijping. Een mooi dooraderd stuk vlees blijft malser én voller van smaak. En vergeet de herkomst niet: vlees van dieren met een beter leven proef je echt terug. Voor topkwaliteit haal je je vlees het best bij een slager.

Voorbereiden op het bakken

Haal de entrecote ruim op tijd uit de koelkast. Koude steaks garen ongelijk, dus laat het vlees eerst rustig op kamertemperatuur komen. Dep droog met keukenpapier en bestrooi met peper en zout. Zo krijg je die perfecte krokante korst.

Verhit een pan op hoog vuur met een klein beetje olie. Niet te veel, want de entrecote heeft een eigen vetrand die tijdens het bakken smelt. Leg het vlees eerst rechtop op dat randje en laat het vet rustig uitsmelten. Zodra het goudbruin is, leg je de entrecote plat in de pan.

Tijdens het bakken

De gouden vuistregel: per centimeter dikte bak je de steak één minuut aan beide kanten. Dus een entrecote van drie centimeter? Drie minuten per kant. Draai het vlees altijd met een tang, nooit met een vork – zo voorkom je dat de sappen eruit lekken.

Kook je op inductie? Laat de steak dan stil liggen zodat de warmte egaal zijn werk kan doen. Op gas mag je de entrecote juist af en toe bewegen zodat het vlees gelijkmatig gaart.

Na het bakken

Misschien wel de belangrijkste stap: laat de entrecote vijf minuten rusten onder losjes aluminiumfolie. In die tijd verdelen de sappen zich opnieuw door het vlees, waardoor je steak sappiger en malser wordt. Snij je hem te snel aan, dan loopt al dat lekkere vocht er gewoon uit.

Een goed gebakken entrecote heeft eigenlijk niet veel extra’s nodig. Wat grof zeezout, een beetje peper en een glas stevige rode wijn en je bent klaar. Toch zin in saus? Kies er dan een wijn bij die mooi aansluit. Een syrah of cabernet sauvignon is altijd een veilige match.